Aannemer moet zelf onderzoek doen naar kabels en leidingen

Verbintenissenrecht: De grondeigenaar mag erop vertrouwen dat de aannemer, die graafwerkzaamheden voor hem verricht, zelfstandig onderzoek doet naar de ligging van kabels en leidingen in de grond. De aannemer is verplicht tot het doen van een graafmelding.

Samenvatting annotatie van m.r. P.J.M Ros onder Rechtbank Rotterdam 9 juni 2010, Prg. 2010/202 (LJN BN3943) Het volledige artikel is te raadplegen op www.kluwer.nl (inloggen bij abonnementen).

Het ‘Kabels en Leidingen Informatie Centrum’ (KLIC) is in 2008 overgenomen door het Kadaster, na inwerkingtreding van de Wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten (Wion). Het toezicht op de naleving is in handen van het Agentschap Telecom. Deze zaak betreft een oud geval van voor de overname. De grondroerder (dit is de aannemer die graafwerkzaamheden verricht of laat verrichten), is onder de nieuwe regeling vanaf 1 juli 2008 verplicht tot het doen van een graafmelding, alvorens hij zijn werkzaamheden aanvangt. Het oude KLIC-systeem daarentegen had een vrijblijvend karakter, waarbij zelfregulering voorop stond.

De zelfregulering bleek evenwel niet goed te werken; er waren nog teveel schadegevallen. Met de nieuwe regeling Wion, die het aantal schadegevallen moet terugdringen, moet de grondroerder zijn werkzaamheden ten minste 3 dagen van tevoren melden. De aannemer dient tijdens de werkzaamheden zorgvuldig te werk gaan en de nodige tekeningen voorhanden hebben. Indien de aannemer aan deze eisen voldoet, maar er desondanks toch schade optreedt, bestaat de mogelijkheid dat de aannemer met succes zijn aansprakelijkheid kan uitsluiten. In dat geval ligt de bewijslast bij de aannemer.

Inmiddels is de kring van aansprakelijken uitgebreid met de loonwerker/ machineverhuurder. Het Hof Arnhem heeft in de zaak van 24 februari 2009, LJN BH4132 namelijk uitgemaakt dat in die casus de eigenaar wel degelijk zeggenschap had en de machinist instructies kon geven, ook al was het Waterschap formeel de opdrachtgever. Naast het Waterschap was dus ook de verhuurder/loonwerker ex art. 6:170 jo 6:162 BW ‘officieel grondroerder’ en kon deze aansprakelijk worden gehouden voor de fout van de kraanmachinist.

Print Friendly, PDF & Email